Concerten

Overzicht recensies

10 oktober 1975: Roostenzangers als kerkkoor uitstekend

14 oktober 1989: Vocale solisten uitstekend in Benefietconcert

16 december 1990: "Messiah" van Roostenzangers zeer geslaagd

13 december 1992: Roostenzangers stap voorwaarts

12 december 1993: Thomassen levert goed werk met Roostenzangers

4 mei 1994: Roostenzangers zuiver en gedisciplineerd

Ingezonden reactie naar aanleiding van recensie concert 4 mei 1994

11 december 1994: Indrukwekkende toekomstbeloften Roostenzangers

17 december 1995: Bach, ingezonden brief

13 oktober 1997: Eindhovense Roostenzangers nog steeds in de lift

13 en 14 december 1997: Feestelijk kerstconcert door Roostenzangers en Veldhovens Gemengd Koor

14 oktober 1998: Opgewekte Schöpfung door Roostenzangers

12 december 1999: Vergeten avond

8 november 2000: Roostenzangers is koor met uitstraling

24 juni 2001: Wervelende entree dirigent Helikon Orkest

5 januari 2002: Sprankelende start van kroonjaar 2002

6 november 2002: Jubilerende Roostenzangers homogeen en slagvaardig

20 december 2003: Volkskerstzang met Latijns tintje en slechte drums

6 november 2004: Veerkrachtige Jahreszeiten van De Roostenzangers

11 december 2005: Florilegium Musicum geeft Weihnachtsoratorium barokke tint

Roostenzangers als kerkkoor uitstekend

Jubileumconcert "De Roostenzangers" o.l.v. Dion van Dijk; met Het Haags Begeleidingsorkest, dirigent Anne Bijlsma en de vokale solisten Cocky van den Brekel (sopraan), Luigi Lega (tenor) en Theo van Gemert (bas-bariton); Wim Cornelissen aan de vleugel; "Messa di Gloria" van Puccini als hoofdschotel van het programma; vrijdag 10 oktober 1975 in de Globezaal van de Eindhovense stadsschouwburg.

Door Joh. van Dongen

Het jubilerende gemengde koor "De Roostenzangers" heeft z'n afkomst wederom niet verloochend, maar in tegenstelliung tot een vorig "profaan" concert heeft het koor met de hoofdschotel van het programma, al was dat dan een mis en dus kerkmuziek, bijzonder geïmponeerd. De "Messa di Gloria" van Giacomo Puccini zal in deze uitvoering voor de verblijdend grote belangstelling een heel prettige kennismaking zijn geweest.

Johan Jong's afgrijselijke koorbewerking van "Les pêcheurs de perles" was een goedkoop succesje en de uitvoering van Schubert's "Gott in der Natur" was lang niet feilloos. Gelukkig was er de uitstekende prestatie tijdens het lange tweede deel van het concert na de pauze: de op veel opera-bel-canto afgestemde mis van Puccini.

Het koor leek na de pauze als herboren en de prachtige inzet van, en de fraaie koortoon bij het verstilde Kyrie heeft men in Bizet noch in Schubert tijdens het eerste deel van het concert ook maar ergens gehoord. Op dit ingetogen deel van Puccini's mis volgde al even goed van sfeer het blijmoedige begin van de Gloria, indrukwekkend in de prachtige soli en de machtige slotfuga, met al die goed getroffen crescendi en decrescendi en de vele climaxen. Ook het Credo was een overtuigend brok koormuziek, met slechts even een kleine inzinking aan het slot, waar koor en orkest moeite hadden om in het gareel te blijven. Beperken wij ons tot het indrukwekkende einde van het hele Agnus Dei, verstild besluitend als het begin van de mis.

De sopraan Cocky van den Brekel heeft haar bescheiden solopartijtjes met overtuiginmg gezongen. De tenor Luigi Lega buitte de uit deze kerkmuziek niet weg te denken opera-componist het sterkst uit. Zijn "Et incarnatus est" met het koor op de achtergrond was een der hoogtepunten van dit concert. Theo van Gemert presteerde het om zijn bas- en baritonsoli met verschillend timbre te zingen, waarbij men aanzienlijk meer van zijn diepe bas dan van zijn wat slepende baritonstem genoten zal hebben. In het "Agnus Dei" lieten beiden een prachtig duet horen met het beheerste koor op de achtergrond.

Het Haags Begeleidingsorkest heeft als zodanig over het algemeen goed voldaan. Als "soliërend" orkest onder Anne Bijlsma werd met de driedelige "Symphonia" van William Boyce iets te hoog gegrepen. Vooral in Puccini's mis heeft het orkest zich uitstekend geweerd, met een bijzonder compliment voor het uitgebreide blazersensemble.

Veel applaus onderstreepte de bloemenhulde voor dirigent en solisten.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 13 oktober 1975)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Vocale solisten uitstekend in Benefietconcert

Benefietconcert ten bate van de restauratie der St. Brigidakerk te Geldrop. Uitvoerenden: Eindhovens Gemengd Koor "De Roostenzangers", vocale solisten en het Tilburgs Begeleidings Orkest. Dirigent: Jos Thomassen. St. Brigidakerk Geldrop, zaterdag 14 oktober.

Door Antoon Maessen

Het Benefietconcert, dat zaterdagavond ten bate van de restauratie van de Geldropse Brigidakerk ter plaatse werd gegeven, is uitgegroeid tot een luisterrijke muzikale aangelegenheid. En al stemde het reeds in een eerder stadium geboekte bedrag van ƒ 250.000,-- de fondswervingscommissie tot vreugde, het is nog lang niet toe aan het streefgetal van ƒ 500.000,--.

De feestelijke Trumpet-tune waarmede het Te Deum van de 17-de eeuwse componist Charpentier los brak, bracht al meteen een indringend stuk herkenning op gang. Sinds enkele decennia fungeert dit pronkstuk als "Eurovisiesong", te pas en te onpas te berde gebracht op de buis.

Het versterkte koor, door het Tilburgs Begeleidings Orkest aanvankelijk wat slordig, maar later prima bijgestaan, was een openbaring, niet weinig in de hand gewerkt door de voorbereidingen van de zangpedagoge Ruth Carasso. Dirigent Jos Thomassen had uiteraard het laatste woord. Hij beheerst een gedegen slagtechniek en ontwikkelt een rijke koorklank. Bovendien is hij kennelijk allerminst gebrand op uiterlijk vertoon. In alle rust werkt hij - al dirigerend - aan een natuurlijke souplesse, hetgeen gold voor César Francks fraai-georchestreerde Psalm 150 en Gounods welluidende "Messe Solennelle", waarin geniale vocale vondsten het op een gezonde wijze opnemen tegen sommige zwakkere compositorische invallen.

De vocale solisten voldeden uitstekend. Ingrid Kappelle liet een glasheldere sopraanstem horen, indien voorgeschreven zeer kleurrijk aangevuld door haar stemgenote Ruth Carasso. Gaudia Schillings produceerde een ietwat zwak, maar aanhorenswaardig altgeluid. De bijzonder glansrijke tenor Fritschy en de bas Mario Veldpape gaven beiden blijk van een flinke dosis allure en een innemende stabiliteit.

Het concert, belangeloos gerealiseerd door De Roostenzangers, enkele sponsors en een aantal andere vrijwilligers, leverde een kaartverkoop op van 9.000 gulden. een dergelijke som betekent een forse bijdrage, maar zet verhoudingsgewijs nog te weinig zoden aan de dijk. Terecht is de wervings-commisie dan ook van mening dat het briljante evenement te weinig respons heeft gehad. Men had vurig gehoopt dat dié kringen uit de Geldropse gemeenschap waarvan een ruim benefiet-resultaat kon worden verwacht, op royale wijze hadden gereageerd.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 16 oktober 1989)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

"Messiah" van Roostenzangers zeer geslaagd

Händel's 'Messiah' door De Roostenzangers m.m.v. het Helikon-orkest, vier vocale solisten en Matty Huijts - continuo. Algehele leiding Jos Thomassen. Tuindorpkerk, Eindhoven, zondag 16 december 1990.

Door Antoon Maessen

Naar het voorbeeld van de Engelse barokpraktijk hebben ook de Roostenzangers het zondag aangedurfd in Händels 'Messiah' een flink aantal coupures aan te brengen, met name in 'Part the second' en 'Part the third'. Zodoende ontstond er een aannemelijke lengte, die geen pauze vergde en naar behoren aansloot op het vermogen van het amateurorkest Helikon. Het is namelijk geen sinecure de complexe orkestpartij naar genoegen tot klinken te brengen.

In menig opzicht is het de schrijfwijze van de componist die doorslaggevend is voor de kwaliteit van het orchestrale deel. Heel wat onderdelen klonken prima, maar weer andere frasen of episoden kwamen niet altijd uit de verf. Een begrijpelijke zaak, omdat de onderhavige moeilijkheidsgraad niet in alle gevallen was berekend op het onherroepelijke 'plafond', zelfs in dit geval waar het goede amateurmuzikanten betrof.

De Roostenzangers, opgesteld in de goedklinkende Tuindorpkerk, hebben opnieuw laten horen werkzaam te zijn onder goede leiding: de dirigent Jos Thomassen. Diens directie immers oogt rustig en weloverwogen, nergens paniekerig en is voorzien van uitstekende slagtechnische suggesties. De koorleden profiteerden daarvan. Zij waren kennelijk voortreffelijk voorbereid. Wel had Thomassen De Roostenzangers in sommige strikt-polyfone delen, bijvoorbeeld in het slot-amen, wat kernachtiger mogen aanzetten, conform de instrumentaal gedachte koorstijl van Händel.

Benevens de verrassend welluidende koorprestaties vielen er bijzonder expressieve solo-aria's te beluisteren van de sublieme counter-tenor Sytse Buwalda, die groot respect afdwong door zijn oerzuivere en uiterst muzikale voordracht.

Rein Kolpa liet een aangename tenorpartij horen, in mindere mate op de voet gevolgd door de sopraan Wilma Verbeet, die met haar soubrette-achtige stemidioom wat uit de toon viel. Niet minder onduidelijk klonk de eveneens nogal vibrerende bas Math Dirks, die overigens wel een sonoor brok bas-materie in huis heeft.

De volle Tuindorpkerk toonde zich enthousiast over de muzikale verworvenheden van De Roostenzangers en hun gedegen dirigent Thomassen. Met genoegen mogen zij terugblikken op een geslaagde veelal uitstekende performance.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 17 december 1990, pagina 11)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Roostenzangers stap voorwaarts

Haydn's Schöpfung uitgevoerd door De Roostenzangers met medewerking van Kamerorkest "Continuo" en vocale solisten. Algehele leiding Jos Thomassen. Tuindorpkerk, zondag 13 december.

Door Antoon Maessen

In de overvolle Tuindorpkerk vond zondagmiddag een uitvoering plaats van "Die Schöpfung" van Haydn, ten gehore gebracht door De Roostenzangers. Rustig en vakkundig leidde dirigent Jos Thomassen zijn schare.

In oratoria eisen de solisten over het algemeen een groot tot zeer groot aandeel op. Temidden van de goed en zuiver zingende Roostenzangers - die duidelijk weer een waardevolle stap voorwaarts zijn gegaan - glorieerden de vocale solisten. De rollen van Gabriel en Eva werden glansrijk en helder vervuld door de sopraan Ingrid Kappelle, vooral als lyrische bijdrage fraai en aandoenlijk. Marten Smedings vrij uitvoerige tenorpartij als Uriël bevatte - zeker daar waar de orkestblazers hem niet al te agressief in de rede vielen - fraai gezongen recitatieven, aria's en terzetten. Adam en Raphael werden met allure en op bijzondere beluisterenswaardige wijze in het scheppingsverhaal betrokken door de innemende bas Math Dirks. De alt Renée Mul, door de componist maar spaarzaam van kansen voorzien, voldeed naar behoren. De op daartoe geëigende plaatsen voorgeschreven inbreng van de clavenist Matty Huijts berustte op een goede keuze. Ook als clavecinist bleek (pianist) Matty Huijts een betrouwbare steun en toeverlaat, die menige verhelderende passage tot stand bracht.

Het kamerorkest Continuo uit Rotterdam toonde zich een prima "begeleidingsorkest", dat voor zich innam door voldoende volgzaamheid en schoonheid van klank. Wellicht hadden de hout- en koperblazers zich hier en daar nog wat kunnen inhouden. Dat zou zeker ten goede zijn gekomen aan de juiste onderlinge dynamische verhoudingen. Hetzelfde euvel leidde tot de onmogelijkheid, het koor in dergelijke gevallen op zijn merities te beoordelen. Daar waar dat wél het geval was, viel een stralende, goed afgewerkte vocale samenklank te ontwaren. In de categorieën kamer- en grotere koren heeft Eindhoven meer en meer te bieden. Een aantal recente uitvoeringen getuigde daar van. Als belangrijkste puur muzikale aspect geldt uiteraard een apert streven naar kwaliteit: een criterium dat ditmaal op prima niveau werd gehanteerd door De Roostenzangers.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van dinsdag 15 december 1992, pagina 13)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Thomassen levert goed werk met Roostenzangers

Messe in Es-dur van Schubert, uitgevoerd door de Roostenzangers met medewerking van Kamerorkest Continuo. Algehele leiding: Jos Thomassen. Tuindorpkerk, zondag 12 december.

Door Antoon Maessen

Concertmissen zijn uiteraard niet geschikt ter opluistering van een katholieke eredienst. Ze zijn te lang, te problematisch en gelden soms als ware pronkstukken. Gistermiddag werd de Mis in Es van Franz Schubert, terecht in concerterende vorm, uitgevoerd in de Eindhovense Tuindorpkerk. De Roostenzangers gaven een indrukwekkende uitvoering van dit fraaie, sterk melodische opus.

Daarbij kan men zich wel afvragen waarom componisten het de zangers soms zo moeilijk maken. Tegen een korte fuga is geen bezwaar, maar waarom in hemelsnaam blijft hij met een "Cum Sancto" (Gloria) of "Et vitam" (Credo) eindeloos aan de gang?

Voor een goed koor hoeft het geen doorslaggevend bezwaar te zijn. Dat Schubert de Roostenzangers niet gekend heeft, is dus betreurenswaardig, want deze ambitieuze zanggroep heeft over het algemeen uitstekende prestaties geleverd. Dirigent Jos Thomassen weet het peil te handhaven; sterker nog, hij heeft gezorgd voor een stijgende lijn.

Ook in Schuberts Missa in Es wist hij diens interessante modulaties tot hun recht te doen komen. Zeer goede voorbeelden werden gegeven tijdens Miserere- en Dona Nobis-inzetten. eerlijk gezegd: juist op dergelijke plaatsen - niet gehinderd door te sterke koperblazers - sloot de heldere en frisse vocale samenklank van het koor werkelijk aan bij de poëticus Schubert. In dergelijke gevallen bleek dat Thomassen goed werk levert met zijn Roostenzangers.

Technische geschreven stukken, meestal voorzien van de aanduiding "forte", leidden enkele malen tot een brij. Dat het volume van het orkest daar medeschuldig aan was, gold als evident. Maar ook een steviger directieslag zou er zeker toe bijdragen om snellere delen minder log te doen klinken.

De vocale solisten Dineke van der Sman (sopraan), Cécile van de Sant (alt), Peter-Paul Houtmortels (renor), Paul van den Bemt (tenor) en Johan Feyen (bas) voldeden uitstekend als kwartet of kwintet. Schuberts niet bijster interessante Psalm 92 vormde een nog wat onzekere inleiding. Het applaus was naar gelang.

De Roostenzangers hebben, afgezien van hun welhaast onophoudelijke gevecht tegen de te luide trombones, prima gepresteerd. De bijna volle kerk toonde zich dankbaar. En terecht!

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 13 december 1993, pagina 9)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Roostenzangers zuiver en gedisciplineerd.

Requiem van Fauré door De Roostenzangers onder leiding van Jos Thomassen in het kader van de Nationale Dodenherdenking, m.m.v. een instrumentaal ensemble uit de Eindhovense Orkestvereniging "Helikon". Aula Algemene Begraafplaats Woensel. Solisten: Ruth Carasso - sopraan en Ago Verdonschot - bariton. Woensdag 4 mei.

Door Antoon Maessen

Hoewel fungerend als kwantitatief stiefkind onder de requiemcomposities - tijdsduur slechts 40 minuten - wordt er de laatste jaren steeds meer Fauré gezongen: een dankbaar object, niet al te moeilijk en zeker niet geldend als virtuoos pronkstuk. Toch dient men voorzichtig te zijn en de moeilijksheidsgraad van het werk niet te onderschatten. Juist omdat Fauré's "Messe de Requiem" zich door het ontbreken van geagiteerde delen zo statisch en bezonken profileert, ligt het gevaar voor schoolsheid en een zekere braafheid op de loer.

Ook in de loop van de uitvoering woensdagavond door De Roostenzangers deed dit euvel zich enigermate voor. Het koor zong zuiver en gedisciplineerd, dát wel. Maar toch, over het romantische werk lag een zekere emotionele waas, wellicht ook wel in de hand gewerkt door de wel érg uitgedunde, bovendien niet brandschone, Helikon-groep, dat als een zielig hoopje bepaald te weinig stimulansen gaf.

Jos Thomassen toonde zich opnieuw een goede dirigent, maar had kennelijk enige moeite met de beperkte ruimte en contact met de op safe spelende organist Matty Huijts die zich achter-boven bevond.

Veel uitvaarten gaan niet voorbij voordat een zangeres het Pie Jesu (gecopieerd en al) heeft gezongen. Een geliefd object dus dat naast andere kaststukken een goede beurt maakt. De innemende sopraan Ruth Carasso bofte. De artistieke contekst werd niet beschadigd, want het Pie Jesu verwierf ditmaal zijn eigen plaats, omgeven door de omringende gedeelten. Ruth Carasso zong oerzuiver, maar betrachtte een zekere terughoudendheid die overigens geen afbreuk deed aan de pure muzikaliteit.

Minder stabiel zong de bariton Ago Verdonschot. Zijn volume voldeed naar behoren, maar werkte helaas een wat onrustige toonvorming in de hand.

Burgemeester Welschen nam, volgend op de gebruikelijke stilte het voortouw en verbrak de slotsfeer met een toonaangevend applaus. Gerustgesteld volgden zijn burgers het voorbeeld alvorens zij over gingen tot de orde van de dag.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van vrijdag 6 mei 1994, pagina 17)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Publieke opinie

Requiem

De recensie van Antoon Maessen op vrijdag 6 mei schoot me in het verkeerde keelgat. Ze ging over de Roostenzangers en een kleine groep instrumentalisten die op 4 mei j.l. het Requiem van Fauré uitvoerden in de aula van de Algemene Begraafplaats Woensel. Ik hoorde bij die groep instrumentalisten, volgens Maessen een "zielig hoopje".

Daarmee maakt hij onze groep tot de Kop van Jut voor alles wat er schortte aan deze uitvoering: bijvoorbeeld het feit dat het koor te groot was voor onze groep. Of het feit dat we op voorschrift van de componist een geluiddemper gebruikten. Of de omstandigheden dat de aula geen akoestiek heeft, zodat het leek of we in de open lucht speelden, waar het geluid verwaait. Dat excuus gold niet voor ons, maar wel voor Jos Thomassen die zich volgens Maessen een goed dirigent toonde ondanks de moeite die hij had met een beperkte ruimte. Ook de sopraan Ruth Carasso kon geen kwaad doen bij Maessen. Ik gun haar dat van harte maar het blijft vreemd. Tegen mij zei ze dat het samenspel met ons goed ging, maar dat ze over zichzelf niet tevreden was. Misschien helpt het haar om te weten dat wij, de instrumentalisten, vlak voor de uitvoering ontdekten dat het orgeltje van de aula veel te hoog was gestemd.

Natuurlijk, een criticus kan niet alles weten. En hij kan ook niet alles opschrijven, al was het maar omdat de ruimte in de krant beperkt is. Maar het is wel mogelijk de omstandigheden die ik noemde te laten doorklinken in een afgewogen formulering. Daar hoort het meten met twee maten niet bij.

Herman Frijlink

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van dinsdag 17 mei 1994, pagina 23)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Misplaatste presentatie Omroep Eindhoven

Indrukwekkende toekomstbeloften Roostenzangers

Messiah, oratorium van Händel, uitgevoerd door De Roostenzangers onder leiding van Jos Thomassen en met medewerking van diverse vocale solisten. Begeleiding door het Kamerorkest Continuo Rotterdam, Tuindorpkerk in Eindhoven, zondag 11 december 1994.

Door Antoon Maessen

In het kader van de jaarlijkse uitvoeringen door De Roostenzangers van Händels Messiah tekende zich zondagmiddag langzaam maar zeker opnieuw een stijgende lijn af. Alles wijst uitdrukkelijk op de ontwikkeling van de goede smaak. De desbetreffende uitvoeringen onder Jos Thomassen voldoen aan een uitgesproken kwaliteitsgehalte.

De stampvolle Tuindorpkerk wordt expliciet gekozen als sfeervolle ruimte, bovendien gezegend met een ideale akoestiek.

In schrille tegenstelling tot dergelijke puur-artistieke voorkeuren werd helaas - en nog wel op het cruciale moment - een dikke streep gezet door de gebruikelijke stijlvolle opkomst van de uitvoerenden. De betreurenswaardige aanleiding daartoe vormde een protserige en schreeuwerige presentatie door een aanzegger van de overigens rustig werkende Omroep Eindhoven. Maar de volumineuze blaaskakerij die het heerschap ten toon spreidde, bracht ongewenste show-elementen op gang, die stuk voor stuk deden denken aan de luidruchtige presentatie van een surpriseshow of iets dergelijks. Achteraf bleek duidelijk, dat het concertpubliek van zo'n contradictie geenszins gediend was. Het is te hopen, dat dergelijke smaakvervormende elementen met ingang van heden tot het verleden behoren. Gelukkig lieten De Roostenzangers, solisten en instrumentalisten zich niet uit het veld slaan. Zij zongen de technisch-moeilijke polyfone koren - afgezien van enkele kleine ongerechtigheden - zuiver, soepel en to the point. In muzikaal en disciplinair opzicht gaven de zangers en zangeressen eveneens blijk van de resultaten die een gedegen dirigent als Thomassen weet los te 'slaan'. Het zou te ver voeren op deze plaats alle mogelijke details te gaan bespreken. Een beknopte algemene beschouwing moge hieromtrent volstaan.

Het Kamerorkest Continuo uit Rotterdam maakte zich nogal eens schuldig aan slordigheden, ongeacht het feit, dat de instrumentalisten in zelfstandige, niet ondersteunende onderdelen lieten horen capabel genoeg te zijn voor een zinvolle begeleidende taak.

Het was jammer dat de eminente klavecinist Matty Huijts zowel in de continuo's als in de tutti's nauwelijks hoorbaar was. De sopraan Mariët Kaasschieter zong helder en zuiver, terwijl de tenor Marten Smeding nogal een toegaf aan een zekere onstuimigheid, hetgeen ook bij de bas Math Dirks soms leidde tot een wat onduidelijke vormgeving. De counter-tenor Sytse Buwalda is en blijft een parel in de gelederen van de hoge altzangers.

De Roostenzangers hebben het ver geschopt. Een zó massale zangfunctie houdt ook voor de toekomst opnieuw indrukwekkende beloften in!

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 12 december 1994)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Bach (ingezonden brief)

Hoe komt Marjolijn Sengers erbij dat er dit jaar geen Weihnachts-Oratorium wordt uitgevoerd in de regio (krant van 20 december)? Hoort Stratum niet tot deze regio? Bij de hoofdingang van het Muziekcentrum heeft wekenlang een affiche gehangen om het Weihnachts-Oratorium van de Roostenzangers in de Tuindorpkerk aan te kondigen. Gelukkig zijn er vijfhonderd Bach-liefhebbers die wel goed opgelet hebben, en van het concert met volle teugen genoten.

B. Gregoor

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Eindhovense Roostenzangers nog steeds in de lift

Eindhovens Gemengd Koor "De Roostenzangers", Kamerorkest Continuo, de sopraan Marjorie Ginczinger, tenor Andrea Poddighe en de bas Julian Hartman in fragmenten uit twee opera's van Mozart o.l.v. Jos Thomassen. Gehoord in Muziekcentrum Frits Philips op maandag 13 oktober.

Door Marjolijn Sengers

Gemengd Koor De Roostenzangers presenteerde zich afgelopen maandagavond in een zeer volwassen Mozartprogramma. Samen met het Rotterdamse Kamerorkest Continuo en drie vocale solisten zong het fragmenten uit "Thamos, König in Ägypten" en "Die Zauberflöte".

Zo bekend als "Die Zauberflöte", zo onbekend is "Thamos, König in Ägypten". Niet geheel onterecht overigens, want waar "Die Zauberflöte" veelal werkelijk betoverend is, is "Thamos" een vrij statische, saaie opera. Het gedeelte voor de pauze, met alleen "Thamos", was dan ook niet het meest opwindende deel van de avond. Er werd goed gezongen en gespeeld, maar er bleef weinig van hangen. Het aandeel van het orkest was erg groot en niet erg gevarieerd; de hoop was gevestigd op het tweede deel van de avond.

"Die Zauberflöte" had aantrekkelijke kanten. De Roostenzangers, al jaren in de lift en nog niet aan hun plafond, presenteerde zich als een evenwichtig zingend, homogeen klinkend koor, dat de soms lastige partijen goed de baas was. Met name de mannen in het priesterkoor klonken warm en welluidend. Ook de solisten sloegen zich met verve door de bekende aria's heen. Sopraan Marjorie Ginczinger zong met name de dramatische aria 'Ach, ich fühl's' met veel gevoel. Julian Hartman maakte, meer door zijn stijlvolle opvatting dan door zijn volume, een goede indruk in onder meer 'In diesen heil'gen Hallen'. Tenor Andrea Poddighe klonk wat geforceerd en deed zichtbaar en hoorbaar (iets te veel) zijn best in bijvoorbeeld 'Dies Bildnis ist bezaubernd schön'.

Kamerorkest Continuo voldeed als begeleidingsorkest prima; een professioneel orkest draagt toch echt wel iets bij. Mijn enige probleem met dit orkest, en dat gold eigenlijk voor de hele avond, was dat er te weinig dynamiek, te weinig spanning te bespeuren viel. De geluidssterkte was haast continu dezelfde, de opvattingen over Mozart werden trouw toegepast maar van een interpretatie was geen sprake. In aanmerking genomen dat De Roostenzangers een amateurkoor is, kan niet anders dan worden geconcludeerd dat het al met al toch een zeer verdienstelijke, goed verzorgde avond was.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van woensdag 15 oktober 1997)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Feestelijk kerstconcert door Roostenzangers en Veldhovens Gemengd Koor

Door Marjolijn Sengers

Kerstconcert door de Roostenzangers o.l.v. Jos Thomassen en het Veldhovens Gemengd Koor o.l.v. Cees Wouters in de Lambertuskerk in Veldhoven op zaterdag 13 december.

Het Veldhovens Gemengd Koor en de Roostenzangers uit Eindhoven gaven afgelopen weekeinde samen twee kerstconcerten, één in de Lambertuskerk in Veldhoven en één in de Gerarduskerk in Eindhoven. Beide koren hadden een eigen programma. De Roostenzangers zongen onder leiding van Jos Thomassen een vrij traditioneel kerstprogramma, het Veldhovense koor zong onder leiding van Cees Wouters twee werken van de, ik neem aan hedendaagse componist John Rutter.

Het een was niet beter dan het ander, wel anders. De door de Roostenzangers gezongen delen uit het 'Weihnachts-Oratorium' van Bach en de 'Messiah' van Händel klonken feestelijk, kerstliederen als 'l'Adieu des bergers' en 'Minuit Chrétien' stemmig en 'Tollite hostias' en 'Hark the herald angels sing' ronduit juichend. Met name het koor 'For unto us a child is born' en het moeilijk te intoneren, a capella gezongen 'O magnum mysterium' van Victoria klonken zangtechnisch én muzikaal zeer verdienstelijk.

Over de componist John Rutter werd in het programmaboekje jammer genoeg niets vermeld. Rutter schrijft harmonisch, melodisch en ritmisch zeer aansprekende muziek, hoewel bepaald niet van het alledaagse soort. Het Veldhovens Gemengd Koor kon er goed mee uit de voeten en presenteerde deze gevoelige muziek overtuigend. De soms swingende ritmiek werd goed aangevoeld, de mooie harmonieën hadden, mede door de gedegen uitvoering een grote gevoelswaarde. Met name de delen voor sopraansolo en koor ontroerden, niet in de laatste plaats door de eerbiedige en betrokken wijze waarop sopraan Joanna Albrzykowska haar partij invulde.

Het was al met al zeker in muzikaal opzicht, een stemmig kerstconcert; jammer dat de Lambertuskerk niet (al) wat sfeervoller was aangekleed.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 15 december 1997, pagina 12)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Opgewekte Schöpfung door Roostenzangers

"Die Schöpfung" van Joseph Haydn door de Roostenzangers, gelegenheidsorkest, sopraan Ingrid Kappelle, tenor Paul van den Bemt en bas Math Dirks, o.l.v. Jos Thomassen. Gehoord in Muziekcentrum Frits Philips op woensdag 14 oktober.

Door Marjolijn Sengers

Het Eindhovens Gemengd Koor De Roostenzangers trad afgelopen woensdagavond aan met Haydns oratorium 'Die Schöpfung'. De Roostenzangers deden dat in goed gezelschap; Ingrid Kappelle tekende voor de sopraansolo, Paul van den Bemt voor de tenorsolo en Math Dirks nam de bassolo voor z'n rekening. Koor en solisten werden begeleid door een uit jonge mensen bestaand gelegenheidsorkest.

Koor, orkest en solisten zorgden voor een verdienstelijke uitvoering, waarbij de overwegend opgewekte sfeer van dit oratorium alle recht werd gedaan. De Roostenzangers zongen de vaak bewerkelijke koorpartijen lichtvoetig, helder en flexibel en lieten een homogeen klankbeeld horen.

Ingrid Kappelle's professionele presentatie en fraaie zangstem verleenden de avond iets stralends, de krachtige, natuurlijk klinkende tenor van Paul van den Bemt was een lust voor het oor. Ook de bas Math Dirks droeg zijn steentje bij; hij zong zeer afgewogen en haast voornaam, en gaf het geheel iets verhevens mee. Het ad hoc orkest speelde afwisselend goed tot matig. Het ontbrak de jonge musici duidelijk aan zelfvertrouwen - en waarschijnlijk ook aan ervaring -, wat, vooral bij de blazers, soms wat onduidelijk en onevenwichtig spel met zich meebracht. Dat onevenwichtige zorgde ervoor, dat koor en orkest hier en daar niet spoorden, iets wat overigens door Jos Thomassen met vaste hand weer in goede banen werd geleid. Te zeggen dat 'Die Schöpfung' valt of staat met de kwaliteit van het orkest is overdreven, maar als het orkest onzeker is gaat alles aan het wankelen. Een iets steviger orkest, en ik vermoed dat dit ensemble potentie genoeg heeft om dat te worden, geeft het geheel meer rust en body.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van vrijdag 16 oktober 1998, pagina 16.)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Vergeten avond

In een bijna uitverkocht Muziekcentrum Frits Philips gaf het Eindhovens Gemengd Koor "De Roostenzangers" op 12 december een uitvoering van Händels oratorium 'Messiah'. Met een keur van solisten en een uitstekend orkest. Dirigent: Jos Thomassen.

Musici, zangers en solisten kwamen tot een perfecte samenwerking waardoor zij de aanwezigen als het ware boven de werkelijkheid uittilden. De schoonheid van hun vertolking was soms adembenemend.

Het is te betreuren dat de uitvoerenden van de 'Messiah' niet de recensie hebben gekregen in het Eindhovens Dagblad die zij verdienden. Want het was een onvergetelijke avond op muzikaal gebied. Waarom koos de recensent ervoor om hier weg te blijven ?

Gonne en Will Verkerk


Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Roostenzangers is koor met uitstraling

Jubileumconcert door Eindhovens Gemengd Koor “De Roostenzangers” met werken van Haydn, Beethoven, Brahms, Franck en Gounod met medewerking van Marjorie Ginczinger sopraan, Ludwig van Gijsegem tenor, Julian Hartman bas, Ruud Huijbregts orgel en Philharmonia Amsterdam. Geheel onder leiding van Jos Thomassen. Gehoord in Muziekcentrum Frits Philips op woensdag 8 november 2000

Door Marjolijn Sengers

Vijfenzeventig jaar Roostenzangers, een mijlpaal om uitbundig bij stil te staan, zegt voorzitter Jos van Dijk op de eerste pagina van het programmaboekje bij het jubileumconcert. Het woord uitbundig was met betrekking tot dit concert niet helemaal op z’n plaats. Het was een optreden waarbij met namen stijl en een zekere rust op de voorgrond stonden. Deze twee eigenschappen waren terug te vinden in het visuele aspect – de opstelling, de bloemen, de smaakvolle gele koorkleding – in het zorgvuldig samengestelde programma, maar vooral in de wijze waarop dat programma door alle partijen werd gebracht.

De avond werd overzichtelijk opgebouwd, via The Storm van Haydn, Meerestille und glückliche Fahrt van Beethoven en Schicksalslied van Brahms naar Psalm 150 van Franck en, als apotheose, de Messe Solennelle de Sainte Cécile van Gounod, waarmee de Roostenzangers de functie van kerkkoor ook nog even bevestigden. De koorklank was zeer verzorgd, lichtvoetig, zeker gezien de grootte van het koor en vol zelfvertrouwen, maar af en toe een beetje aan de voorzichtige, zelfs saaie kant. Dat saaie zat ‘m in het feit, dat alles teveel hetzelfde klonk. Een goed koor heeft niet alleen een mooie koorklank maar weet ook uitdrukking te leggen in en onderscheid te maken tussen de verschillende soorten muziek. Maar naarmate de avond vorderde zong het koor minder behoedzaam, om uiteindelijk in Gounod’s Caeciliamis uit volle borst de spanning die zo’n optreden met zich meebrengt van zich af te zingen.

Philharmonia Amsterdam begeleidde uitstekend. Alles klopte, alles was er en klonk verzorgd, homogeen (strijkers) en kleurrijk (blazers). Dit orkest droeg in niet geringe mate bij aan de positieve beleving van dit concert. Positieve bijdragen kwamen ook van de mooie, goed geschoolde en door muzikaliteit gedreven stemmen van sopraan Marjorie Ginczinger, tenor Ludwig van Gijsegem en bas Julian Hartman.

Een concert met uitstraling door een koor met uitstraling, een koor dat, zoals het er nu uitziet, met gemak de volgende vijfenzeventig jaar zal volmaken.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van vrijdag 10 november 2000, pagina 13.)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Wervelende entree dirigent Helikon Orkest

De Roostenzangers en het Helikon Orkest o.l.v. Jos Thomassen en Kian Pin Hiu m.m.v. Thea Vermeulen-Peek sopraan, Louise Rijs alt, Leo Geers bariton en pianist Joop Albracht met werken van Gade, Brahms en Beethoven. Gehoord in de Tuindorpkerk in Eindhoven op zondag 24 juni 2001.

Door Marjolijn Sengers

Het was een lange zit, het concert door de Roostenzangers en het Helikon Orkest. Twee en een half uur op de harde kerkbanken terwijl buiten de zon schijnt valt niet mee, daar moet in artistiek opzicht iets tegenover staan. Dat stond er in de vorm van vele goede momenten tijdens uitvoeringen van werk van de relatief onbekende Niels Gade, van delen uit Serenade nr. 1 van Brahms en van de Fantasie in c voor piano, koor en orkest van Beethoven.
‘Elverskud – Erlkönigs Tochter’ van Gade, gebaseerd op oude Deense volksvertellingen, kent melodisch en harmonisch mooie momenten, maar duurt te lang. Koor en orkest gaven deze muziek onder leiding van Jos Thomassen heel acceptabel weer, waarbij de jeugdige, krachtige klank van het koor en de karaktervol spelende blazers van het orkest in positieve zin opvielen.
De drie solisten zongen hun veeleisende partijen met veel overtuiging. Bariton Leo Geers had een nogal sterk vibrato waardoor hij zijn partij min of meer overzong, alt Louise Rijs klonk erg dik en dramatisch, sopraan Thea Vermeulen-Peek klonk iets te jubelig.
Dirigent Kian Pin Hiu maakte in delen uit Brahms’Serenade nr. 1 en de Koorfantasie van Beethoven zijn entree als dirigent van het Helikon Orkest. Een wervelende entree, mag wel worden gesteld. De beweeglijke, hartstochtelijk dirigerende Hiu legde de nadruk sterk op het karakter en de structuur van de muziek. Met grote gebaren en een veelzeggende mimiek nodigde hij de orkestleden uit het beste van zichzelf te geven.
Niet het detail had in de eerste plaats zijn aandacht, hoewel op cruciale momenten net dat ene hobo-, hoorntoon- of strijkerstrekje er was, de grote lijn, de bedoeling achter het notenbeeld en de expressie daarvan waren van belang. Vooral Brahms’ Serenade voer hier wel bij. Tijdens de uitvoering van Beethovens Koorfantasie was het vooral pianosolist Joop Albracht die de aandacht vroeg. Zijn muzikale, technisch toereikende en duidelijke spel zette een trend van efficiëntie, door koor en orkest feilloos overgenomen.
(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 25 juni 2001, pagina 12)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Koninklijke harmonie Pieter Aafjes geeft 22e nieuwjaarsconcert

Sprankelende start van kroonjaar 2002

CULEMBORGMet zang en dans is de Koninklijke Harmonie Pieter Aafjes zaterdagavond het kroonjaar 2002 sprankelend van start gegaan met het 22e nieuwjaarsconcert. Vijftig jaar geleden kreeg de harmonie het predikaat “koninklijk”. Het jaar 2002 wordt daarom als koninklijk kroonjaar gezien. Desalniettemin was The Battle hymn of the Republic een lust voor het oor.

Door Maja Slagboom

Dankzij sponsoring van de ABN-AMRO was het concert gratis toegankelijk. Het was dan ook volle bak in de Vrijstadhal. Zoals gebruikelijk was de presentatie in handen van Jurriën van de Veer. SLR verzorgde licht en geluid. Na het welkomstwoord van voorzitter Mari Woerdenbach en het uitspreken van de beste wensen, werd het concert geopend met de 5e balletsuite The Bolt van Dimitri Sjostakowitsj. Dit werk -dat voor het eerst in 1931 is uitgevoerd- is uitgekozen voor het concours op 1 juni. “Ik denk dat het wel zal lukken om ons in de vaandelafdeling te handhaven” merkte de voorzitter op. Het klonk zeker niet onaardig voor de eerste keer. Toch zal er nog veel geoefend moeten worden, wil het de toets der kritiek kunnen doorstaan. Vooral de diverse soli verdienen nog veel aandacht.

Het Eindhovens Gemengd Koor De Roostenzangers nam een groot deel van het programma voor zijn rekening. Het koor zong zowel met piano- als orkestbegeleiding. Dirigent Heinz Friesen had er duidelijk zin in en amuseerde zich kostelijk bij het Aunt Dinah has blowed the horn van Scott Joplin. “Bas-tubisten” Bastiaan Peek en Harm Vuijken zorgden voor een boeiend intermezzo, dat sterk deed denken aan het oerwoud. Na een selectie uit Porgy and Bess stonden de West Side Story en het slotkoor uit de musical Oklahoma op het programma.

De begeleider van De Roostenzangers, Matty Huyts, liet een leuke pianosolo horen. De dirigent van De Roostenzangers, Jos Thomassen, bleek ook de harmonie “goed baas” te kunnen in het bekende “Glory Halleluja”. Na de pauze zong het koor Schon weichet dir, Sonne van W.A. Mozart. Koor en orkest brachten vervolgens onder leiding van Thomassen het Pelgrims-, het Zigeuner- en het Slavenkoor ten gehore. Onlangs traden Elly en Arie Hootsen nog op met André Rieu in Berlijn, zaterdag speelden de “bagpipers” samen met Pieter Aafjes het bekende Amazing Graces, waarbij het Eindhovens koor de zang verzorgde. Hoogtepunt van de avond was het optreden van de Irish Dance Group Celtic Spirit in Riverdance, waarbij Heinz Friesen duidelijk liet merken dat hij van dit optreden genoot.

Celtic Spirit verzorgde ook nog met een geluidsband een solo-optreden. Passend was het van de groep ABBA bekende Money, money, money, waarbij met op een scherm geprojecteerde beelden afscheid werd genomen van de gulden en de euro werd geïntroduceerd. Ondertussen werden in de zaal chocolade euro’s uitgedeeld. Alvorens het concert werd afgesloten met de Radetsky-mars van Johann Strauss sr. werden de medewerkers bedankt met een boeket bloemen.

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Jubilerende Roostenzangers homogeen en slagvaardig

Vrijdag 8 november, Eindhovens Gemengd Koor De Roostenzangers, barokorkest Florilegium Musicum, sopranen Ellen Schuring en Marjorie Ginczinger, tenoren Marten Smeding en Rein Kolpa in fragmenten uit de opera Idomeneo van Mozart. Geheel onder leiding van Jos Thomassen. Gehoord in Muziekcentrum Frits Philips op woensdag 6 november 2002.

Door Marjolijn Sengers

Eindhovens Gemengd Koor De Roostenzangers heeft in zijn 75-jarig bestaan al heel wat interessante producties voor het voetlicht gebracht. (Concert)missen, oratoria en opera's van Händel, Puccini of Fauré, om maar een keuze uit de vele componisten te maken, De Roostenzangers draaiden hun hand er niet voor om. Woensdagavond werd het 75-jarig bestaan gevierd in Muziekcentrum Frits Philips met een concertante uitvoering van delen uit Mozarts opera Idomeneo.
Wat vooral opviel aan deze uitvoering was dat deze als geheel zo verzorgd en weloverwogen klonk. De soms veeleisende partijen zaten er bij het koor opvallend goed in. Er werd zuiver gezongen, waar nodig slagvaardig, maar ook harmonieus en homogeen. De koorklank was geen 75 jaar oud maar 75 jaar jong. Het zou overigens goed zijn als het koor wat meer mannen aan zich kon binden; de mannen die er stonden weerden zich prima, maar de verhouding tussen het aantal dames en heren was enigszins zoek.
Idomeneo vraagt om diverse solisten, en die stonden er in de personen van twee sopranen en twee tenoren. Marjorie Ginczinger, Ellen Schuring, Rein Kolpa en Marten Smeding leverden een uitstekende bijdrage. Alle vier hadden ze hun eigen specifieke kwaliteiten, waarbij het mooie, heldere geluid van Schuring en de goed ontwikkelde, expressieve stem van Smeding zich in positieve zin onderscheidden. Alle vier zongen ze vanuit betrokkenheid met de inhoud van het verhaal en gaven ze deze uitvoering een aangenaam professioneel tintje mee.
Dat laatste deed ook barokorkest Florilegium Musicum. Op oude instrumenten en volgens authentieke opvattingen spelend, begeleidde dit orkest zeer betrouwbaar; de duidelijke eigen ideeën over speelwijze en frasering gaven de muziek een duidelijk gezicht.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van vrijdag 8 november 2002.)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Volkskerstzang met Latijns tintje en slechte drums

Door René van Peer

Maandag 22 december, Volkskerstzang Eindhoven. Muziekvereniging Wilhelmina o.l.v. Roger Cobben. Met Eindhovens Gemengd Koor De Roostenzangers o.l.v. Jos Thomassen, met Matty Huijts, piano; Jorge Castro, zang; Daniel Fanego, gitaar en slagwerk. Gezien op zaterdag 20 december in de grote zaal van Muziekcentrum Frits Philips te Eindhoven.

Het is een mooie traditie, de jaarlijks terugkerende Volkskerstzang die zaterdag voor de 47e keer gehouden werd door Muziekvereniging Wilhelmina. Op een moment dat de commerciële hausse rond kerst zijn hoogtepunt bereikt, in een tijd waarin éénderde van de Nederlanders niet meer schijnt te weten wát we nu eigenlijk vieren op Kerstmis, brengt Wilhelmina een concert dat draait rond de geboorte van Jezus. De vereniging wist daarmee zonder enig probleem de grote zaal van het Eindhovense Muziekcentrum te vullen. Meer nog, ze kreeg het publiek ook aan het zingen.

Het programma bood een grote diversiteit. Naast liederen die de zaal kon meezingen, was er zowel bespiegelende als feestelijke muziek te horen. Als solist was de van oorsprong Paraguayaanse tenor Jorge Castro uitgenodigd. Hij mocht vooral stralen in delen uit religieuze composities van Zuid-Amerikaanse grondgebied, zoals het 'Kyrie' uit de populaire Misa Criolla. Met zijn lyrische stem gaf hij zijn liederen een dramatisch, Latijns tintje. Maar hoe goed en professioneel Castro ook zong, het waren De Roostenzangers die de meest verrassende bijdragen leverden. Ze hadden een bijzonder repertoire gekozen. De liederen die ze zongen, waren onalledaags en hadden een hoge moeilijkheidsgraad.
Zo brachten ze 'Hodie Christus natus est' van Jan Pieterszoon Sweelinck, een koor vol diepe overpeinzing uit Sergej Rachmaninovs Vespers, en het wondermooie 'This little babe' van Benjamin Britten, dat in kleine stappen hoger werd en steeds glorieuzer ging klinken.

Door de samenzang echter was dit bij uitstek een concert waarin je het gevoel kreeg dat de zaal fungeerde als een muzikaal trefcentrum voor de stad. Hier vierden Eindhovenaren samen de geboorte van Christus. Er hing een zeldzame sfeer van saamhorigheid in de zaal, een sfeer die hoort bij Kerstmis. Het enige storende element was het drumstel dat bedoeld was om ritme en tempo aan te geven. Geregeld zat de drummer op een ander spoor dan de zaal, maar erger was dat deze begeleiding de liederen degradeerde tot popdeuntjes.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 22 december 2003)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Veerkrachtige Jahreszeiten van De Roostenzangers

Die Jahreszeiten van Haydn door Eindhovens Gemengd Koor De Roostenzangers, barokorkest Florilegium Musicum, sopraan Ellen Schuring, tenor Frank Fritschy en bas Julian Hartman o.l.v. Jos Thomassen. Gehoord in Muziekcentrum Frits Philips in Eindhoven zaterdag 6 november 2004.

Door Marjolein Sengers

Die Jahreszeiten van Joseph Haydn is een van de meest uitgevoerde oratoria. Dat is niet voor niets, de muziek is mooi en goed verteerbaar. Het koor, het orkest en de drie solisten hebben een wezenlijk en aantrekkelijk aandeel in het geheel. In de uitvoering door De Roostenzangers in het muziekcentrum deden alle partijen hun best Haydn’s lichtvoetige muziek zo fraai mogelijk te verklanken. Wat het koor betreft betekende dat heldere, transparante en veerkrachtige samenzang, goed op toon en strak in het tempo. Ook de solisten hadden kwaliteit hoewel de een wat meer dan de ander. Bij solistisch zingen komt het sterk aan op communiceren met het publiek, op het overbrengen van ‘de boodschap’. Sopraan Ellen Schuring was daarin het meest bedreven. Haar mooie, klare stem, haar voordracht en haar betrokkenheid bij de partituur maakten elke noot die ze zong boeiend. Tenor Frank Fritschy en bas Julian Hartman kan kwaliteit niet worden ontzegd, beiden zongen echter minder stabiel dan hun vrouwelijke collega. Hartman zong zowel qua timbre als qua presentatie te veel naar binnen gericht. De op zich mooie, lichte tenorstem van Fritschy had te weinig spanning en daadkracht.

De open frisse klank van het op oude instrumenten of kopieën daarvan spelende barokorkest Florilegium Musicum was een aangename aanvulling op wat de zangers voortbrachten. Helemaal gaaf was het allemaal niet – het continuo was soms hinderlijk onzuiver – in grote lijnen bood dit orkest de bedding waarin de zangers in alle vertrouwen hun gang konden gaan. Alles bij elkaar genomen werd er goed en muzikaal gemusiceerd. Dat het allemaal toch wat saai was en niet echt geïnspireerd, had wellicht ook met de lengte van het werk te maken; je moet letterlijk en figuurlijk een lange adem hebben om met dit tweeënhalf uur durende oratorium je publiek te blijven boeien.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van maandag 8 november 2004)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

Florilegium Musicum geeft Weihnachtsoratorium barokke tint

Weihnachtsoratorium van J.S. Bach door Eindhovens Gemengd Koor De Roostenzangers, barokorkest Florilegium Musicum, sopraan Ellen Schuring, alt Margareth Beunders, tenor Ludwig van Gijsegem en bas/bariton Martijn Sanders. Geheel o.l.v. Jos Thomassen. Gehoord in Muziekcentrum Frits Philips in Eindhoven op zondag 11 december 2005.

Door Marjolijn Sengers

Met het Weihnachtsoratorium van Johann Sebastian Bach hebben alle toonaangevende dirigenten zich al wel eens beziggehouden. Er liggen van dit werk dan ook veel opnames in de winkel. Verreweg de meeste, zeker die van de laatste twee decennia, zijn volgens de heersende regels van de authentieke uitvoeringspraktijk, met oude instrumenten of kopieën daarvan, tot stand gekomen na uitgebreide studies van de partituur en de ontstaansomstandigheden. Gemengd Koor De Eindhovense Roostenzangers, met ruim zeventig leden een van de grootste koren uit de regio, heeft de oude muziek er ook bijgehaald, in de vorm van barokorkest Florilegium Musicum. En dat was een goede greep. Florilegium Musicum kleurde deze uitvoering van het Weihnachtsoratorium met gaaf, fluwelig, strak en expressief spel fraai in. Wil je het helemaal goed doen, dan kun je als koor eigenlijk niet achterblijven. Je kunt de barokke tint niet alleen aan het orkest overlaten, die moet je als koor ook proberen te benaderen. En op dat punt liet de uitvoering van zondagavond het enigszins afweten.

Meer

Er was een duidelijk verschil tussen de aanpak van het koor en die van het orkest. Er was op de koorzang weinig aan te merken, er werd redelijk gaaf, zuiver en netjes gezongen. Maar een koor zou eigenlijk voor méér moeten gaan. En méér was te halen geweest uit een interessantere frasering. Waar het orkest spits, kort, strak en slagvaardig speelde, bleef het koor steken in een wat slap gebruik van medeklinkers, in een enigszins slepende melodievoering en in een wat sloom klankbeeld. Kortom, waar het orkest uitgesproken levendig klonk, klonk het koor vrij saai en uitdrukkingsloos. De Roostenzangers hebben genoeg capaciteit om wat ze zingen wel degelijk expressie te geven. Dit vraagt wel om een omslag, om een meer directe en alerte manier van zingen.

Expressief

De solisten hadden ieder hun eigen stijl, maar zongen alle vier expressief. Mooi waren bijvoorbeeld de altaria "Schliesse, mein Herze" door Margareth Beunders, het ingetogen duet 'Herr, dein Mitleid' door sopraan Ellen Schuring en bas Martijn Sanders, aansprekend de verhalende recitatieven door tenor Ludwig van Gijsegem. De kwaliteit van Florilegium Musicum werd nog benadrukt door de fraaie soli op hobo, fluit en viool.

(Overgenomen uit het Eindhovens Dagblad van woensdag 14 december 2005)

Naar overzicht concerten
Naar begin overzicht recensies

(Pagina laatst bijgewerkt op 17 juli 2012)